Onder de loep: inflatiegerelateerde obligaties

Obligaties die beleggers beschermen tegen inflatie zijn vooral populair als de inflatie of de inflatieverwachting hoog is. Paradoxaal genoeg geven ze dan minder kans op winst.

Maarten van der Pas 29 november, 2012 | 15:49
Facebook Twitter LinkedIn

Dat het huidige monetaire beleid van de Europese Centrale Bank (ECB) en de Federal Reserve (Fed) in de Verenigde Staten onconventioneel is, daarover is iedereen het wel eens. De twee centrale banken zetten de geldpersen aan om de economische en financiële crisis te bestrijden.

Over de gevolgen van dit beleid verschillen de meningen en wordt er heftig gediscussieerd of ons de komende jaren nou wel of niet een forse inflatie staat te wachten. Het lijkt wel alsof de tegenstanders het hardst roepen en de meeste aandacht krijgen. Een interessante visie vóór het beleid presenteerde ABN Amro-hoofdeconoom Han de Jong enkele maanden geleden. Hij stelt dat de tegenstanders die waarschuwen voor het frivole monetaire beleid de gevaren overdrijven en dat het huidige beleid van de ECB en Fed goed, verstandig, verantwoord en succesvol zal blijken.

Of de angst voor inflatie nou gerechtvaardigd is of niet, in het verlengde van de recente aandacht op deze website voor het effect van inflatie op obligatiebeleggingen is het aardig om eens naar inflatiegerelateerde obligaties (inflation linked bonds) te kijken. Zoals in deel 8 van de cursus beleggen in obligaties wordt uiteengezet, is het daadwerkelijke rendement van een obligatiebelegging niet de hoeveelheid euro’s die wordt uitgekeerd (de nominale rente), maar de koopkracht van dit rendement (reële rente). Een stijgende inflatie heeft een negatief effect op die reële rente.

Bescherming
Obligaties zijn gevoelig voor een veranderende rente en dus ook voor inflatie. Voor langlopende obligaties is het inflatierisico groter dan voor kortlopende obligaties, maar ook die laatste groep heeft er last van. Inflatiegerelateerde obligaties van overheden en ondernemingen bieden bescherming tegen een stijgende inflatie. Dit type obligaties verhoogt de rentevergoeding als de inflatie toeneemt. Zodoende blijft de koopkracht van de belegging op peil. Ook de hoofdsom van de obligatie stijgt in de meeste gevallen met de inflatie mee. Aan het einde van de looptijd krijgt de belegger dan een bedrag uitgekeerd waarvan de koopkracht hetzelfde als het moment waarop hij de obligatie kocht. Inflatiegerelateerde obligaties bieden zo bescherming tegen inflatie.

Maar voor die bescherming betalen beleggers wel een vergoeding. De rentevergoeding op inflatiegerelateerde obligaties is bij de uitgifte gecorrigeerd voor de verwachte inflatie. Als de verwachte inflatie 2 procent is per jaar is dan geven inflatiegerelateerde obligaties 2 procent minder rente per jaar dan gewone obligaties met hetzelfde risico. De verzekeringspremie tegen inflatie kost een belegger dus 2 procent. Als de inflatie gedurende de looptijd hoger uitvalt dan heeft de belegger een financieel voordeel. Pakt de inflatie lager uit dan heeft hij een nadeel.

Gewone obligaties hebben een ingebouwde buffer tegen de verwachte inflatie. Het voordeel van inflatiegerelateerde obligaties is dat zij bescherming bieden tegen de daadwerkelijke inflatie.
De Nederlandse staat geeft geen inflatiegerelateerde obligaties uit. In Europa geven landen als Duitsland, Frankrijk en Groot-Brittannië wel dergelijke obligaties uit. In de Verenigde Staten heten inflatiegerelateerde obligaties TIPS: Treasury Inflation-Protected Securities.

Paradox
Obligaties die beleggers beschermen tegen inflatie zijn vooral populair als de inflatie of de inflatieverwachting hoog is. De paradox is echter dat ze juist dan minder kans op winst geven, want de koers is hoog als de inflatieverwachting hoog is. Bij een lage inflatie zijn inflatiegerelateerde obligaties relatief gunstig geprijsd. Verder zijn obligaties met een inflatiebescherming meer volatiel. Als de rente stijgt, neemt de waarde van de inflatiegerelateerde obligatie af (het gevolg van renterisico). Als de inflatie dan niet meestijgt met de rente, dan kan het effectie rendement (yield to maturity) bij een inflatiegerelateerde obligatie net zo hoog zijn als bij een obligatie die geen inflatiebescherming heeft.

Eén keer Silver, één keer Bronze
In Nederland hebben beleggers de keus uit 21 beleggingsfondsen in inflatiegerelateerde obligaties genoteerd in euro (Morningstar-categorie EUR inflation linked bonds). In onderstaande tabel staat een top 7 van fondsen gerangschikt op hun rendement over de afgelopen drie jaar.

Top 7 beleggingsfondsen 'EUR inflatiegerelateerde obligaties'    
Beleggingsfonds Analyst Rating Morningstar Rating Total Ret Annlzd 3 Yr (Mo-End) EUR TER
Prifund Inflation Linked Bonds   ***** 7.7 0.5
CapitalAtWork Inflation at Work   *** 7.5 1.0
LO Funds - Euro Inflation-Linked Bond   **** 4.7 0.9
Vanguard Euro Infl-Lkd Bd Ind   **** 3.2 0.3
AXA IM Euro Inflation Bonds Silver *** 3.1 0.3
Julius Bär BF Inflation Linked-EUR   ** 3.0 1.1
AXA WF Euro Inflation Bonds Bronze *** 2.9 0.6
(Bron: Morningstar per 27/11/2012)        


Twee fondsen van AXA hebben een Morningstar Analyst Rating: ‘Silver’ voor AXA IM Euro Inflation Bonds en ‘Bronze’ voor AXA WF Euro Inflation Bonds. Van deze twee fondsen verwachten de analisten van Morningstar dat ze over een economische cyclus beter presteren dan de benchmark en/of het gemiddelde van hun categorie.

Facebook Twitter LinkedIn

Over de auteur

Maarten van der Pas

Maarten van der Pas  is Financial Markets Editor bij Morningstar Benelux

© Copyright 2024 Morningstar, Inc. Alle rechten voorbehouden.

Voorwaarden        Privacybeleid        Cookie Settings        Beleidsdocumenten