Robert van den Oever: Welkom bij Morningstar. Vandaag praat ik met Elbie Louw, Senior Manager Research Analyst bij Morningstar, over India en specifiek over de opname van India in een zeer belangrijke benchmark. Want vanaf 28 juni van dit jaar is India opgenomen in de populaire en veelgebruikte emerging market local currency debt index, en dat is de JPM GBI-EM Global Diversified. De opname is gefaseerd, waarbij het aandeel van India elke maand met 1% wordt verhoogd totdat het maximaal toegestane gewicht van 10% is bereikt en dat zal in april 2025 zijn. Het aandeel van India zal dan in lijn zijn met dat van China, Indonesië en Mexico. Om de opname van India mogelijk te maken, zal het gewicht van de benchmark voor andere markten afnemen, waarbij Thailand, Zuid-Afrika en Polen het zwaarst getroffen zullen worden.
Dus Elbie, wat maakt India aantrekkelijk om in deze index te worden opgenomen?
Elbie Louw: Nou, dank je Robert. Macro gezien heeft India een grote bevolking en een sterke economische groei. In juni 2024 bedroeg het BBP van India op jaarbasis bijvoorbeeld 6,7%, vergeleken met 4,7% in China. Ten tweede is de Indiase lokale markt ook een van de grootste schuldmarkten en beschikt het over een hoge liquiditeit.
Van den Oever: En waarom gebeurt dit nu?
Louw: Nou, de opname van India is een aantal jaren een beetje een discussie geweest, maar in de afgelopen jaren hebben we gezien dat zowel Rusland als Egypte uit de benchmark zijn gehaald. En we hebben ook een vermindering gezien in het gewicht van Turkije vanwege de stijgende obligatierente in die markt en de depreciatie van de valuta. We hebben dus een benchmark die minder gediversifieerd is en daarom waren beleggers vrij positief over de opname van India in de benchmark.
Van den Oever: En zijn er uitdagingen voor managers bij het verhandelen van deze obligaties?
Louw: Dat is een interessant punt. Uit onze gesprekken met managers blijkt dat het verhandelen van de Indiase lokale obligatiemarkt iets anders is. Dat heeft te maken met de tijd die het kost om rekeningen te openen, maar ook met de operationele systemen die hiervoor geschikt zouden moeten zijn, bijvoorbeeld het bewaarnemingstelsel. Dus toen we begin 2024 spraken met het lokale schuldteam van BlackRock voor opkomende markten, hadden ze een aantal operationele controles uitgevoerd, evenals een paar transacties, gewoon om te controleren of ze klaar zijn voor de handel als en wanneer ze besluiten dat ze zich op de Indiase schuldmarkt willen richten.
Van den Oever: En als we een stap verder gaan, heb je managers zien leunen op India zoals dat nu in de index is opgenomen?
Louw: Nou, het is interessant geweest. De meeste hype lijkt aanvankelijk te zijn ontstaan in het begin, toen de benchmarkwijzigingen werden aangekondigd, met managers die hoopten te profiteren van de valse aankopen die zouden gaan gebeuren. En zoals we met managers hebben gesproken sinds de opname, lijkt het erop dat dat blijft aanhouden als een (inworp) voor de markt. Maar wat we ook hebben gezien, is dat managers niet zomaar blanco in India zijn gestapt. Ze blijven vanuit een beleggingsperspectief kijken naar de Indiase rente en valutablootstelling ten opzichte van de rest van het belegbare universum. Ze moeten dus hun doelstellingen voor deze strategieën afwegen tegen metrieken zoals het niveau van de tracking error die ze bereid zijn te tolereren, evenals eventuele specifieke limieten die ze aan deze strategieën hebben opgelegd met betrekking tot over- of onderweging van landen. En dan zien we nog steeds dat managers gevoelig zijn voor die markttechnieken, zoals de valse koop van ETF's tegen het einde van de maand.
Van den Oever: En kun je wat voorbeelden geven van de dingen die we managers hebben zien doen?
Louw: Ja. Dus we kijken naar de gegevens naarmate de maanden vorderen. Dus in juli 2024, dat was toen het gewicht van India binnen de benchmark op 2% stond. Een van de managers die we beoordelen. De Colchester Local Markets Bond strategie had geen blootstelling aan de staatsobligaties van India, terwijl ze een kleine positie hadden, ruwweg 50 basispunten naar de valuta. Maar interessant genoeg is dit niet het enige land waar ze geen blootstelling aan hadden. Ze hebben ook geen blootstelling aan China of Thaise staatsobligaties omdat ze vonden dat de relatieve reële rendementen in die landen niet aantrekkelijk waren ten opzichte van de rest van de mogelijkheden. En ze voelden zich ook niet op hun gemak met de financiële stabiliteitsscore van China.
We hebben gezien dat ze meer zijn gaan beleggen in Latijns-Amerikaanse landen zoals Brazilië en Mexico, waar ze het gevoel hebben dat de relatieve rendementen aantrekkelijker zijn. In juni 2024, wat iets eerder was, was de benchmarkblootstelling slechts 1%. En interessant genoeg hadden ze zelfs in dat stadium al een lichte overwogen positie, 1,3% Indiase staatsobligaties ten opzichte van de benchmark van 1% in dat stadium. Maar wat ze deden, wat ik heel interessant vond, is een beetje meer blootstelling aan de valuta krijgen. Ze hadden onder andere ook een positie in een supernationale obligatie die was uitgegeven in Indiase roepie. Dus wat we zien is dat het opnemen van India nog steeds een kwestie is van de doelstelling van een fonds en hoe dat zich verhoudt tot de rest van de mogelijkheden die managers tot hun beschikking hebben.
Van den Oever: Oké, Elbie, hartelijk dank voor je inzichten in de opkomst van India in deze zeer belangrijke EMD-index. Iedereen bedankt voor het kijken. Voor Morningstar ben ik Robert van den Oever.