Nu de rentetarieven steeds verder de hoogte ingaan, is dat goed nieuws voor de twee beursgenoteerde Nederlandse grootbanken, ABN Amro en ING. Dat betekent namelijk dat de twee de komende tijd steeds hogere rente-inkomsten zullen hebben, naarmate de tarieven stijgen en het verschil groeit tussen de rente op langlopende leningen en die op kortlopende.
Dat de zaken er zonnig uitzien, werd bevestigd door hun beider derdekwartaalcijfers. Om te beginnen met ABN Amro: die liet weten dat haar nettowinst in het afgelopen derde kwartaal van 2022 is gestegen naar €720 miljoen. Dat is een enorme sprong, vergeleken met de €320 die de bank in dezelfde periode vorig jaar haalde. Dat heeft volgens Morningstar-analist Johann Scholtz overigens nog niet zoveel met de stijgende rente te maken
Het komt vooral door eenmalige baten en het feit dat de bank afgelopen kwartaal veel minder geld opzij heeft hoeven zetten om zich in te dekken tegen leningen aan klanten die niet of niet volledig afbetaald worden – de zogeheten voorzieningen voor ‘slechte leningen’. Daarvoor heeft de bank dit jaar tot nog toe slechts €7 miljoen gereserveerd. Dat staat gelijk aan 1 basispunt van de omvang van het leningenboek, terwijl de verwachting voor de stand rondom het midden van de economische cyclus op 20 basispunten staat. Gunstig dus, maar analist Scholtz verwacht wel dat in de rest van 2022 en in 2023 de voorzieningen voor slechte leningen zullen stijgen.
ABN Amro: hogere rentemarges verwacht
Het is niet zo dat ABN Amro (ABN) onmiddellijk baat heeft bij de huidige hogere rentetarieven. De bank heeft de rente namelijk gehedged, om zichzelf juist te beschermen tegen dalende rentetarieven. Maar de komende tijd zal het positieve effect van die hogere rente op haar inkomsten langzaam aan zeker zichtbaar worden. Gemiddeld bedroeg de netto rentemarge van ABN de afgelopen tien jaar 1,45% versus 1,2% nu; en analist Scholtz denkt dat die 1,45% zal terugkeren.
Als dat gebeurt, zal de bruto winst (vóór betaling van belasting) volgens hem 20% hoger uitvallen dan eerdere schattingen. En mocht ABN Amro de komende jaren een rentemarge halen van 1,7%, zoals in de periode 2014-2019, dan valt die bruto winst zelfs 70% hoger uit. Keerzijde is wel dat de bank dan weer méér geld zal moeten reserveren ter compensatie van ‘slechte leningen’: vanwege die hogere rente zullen naar verwachting ook meer hypotheeknemers in de problemen komen en hun schulden niet kunnen afbetalen.
Maar zo’n voorziening kan ABN Amro tegen die tijd makkelijk betalen uit de hogere rente-inkomsten, voorziet Scholtz. Bovendien heeft de bank de portefeuille van leningen die uitstaan bij bedrijven de afgelopen jaren opgeschoond. En bij de uitstaande hypotheken komt tot slot de ratio tussen woningwaarde en leenbedrag veel gunstiger uit dan een paar jaar geleden.
ING: ontdaan van zware juk negatieve rente
Bij ING (INGA) brachten de derdekwartaalcijfers eveneens positieve verrassingen met zich mee. Ook deze bank maakte bij die gelegenheid bekend dat het de toekomstige rente-inkomsten nu hoger inschat dan tot nog toe. Sowieso is de stijgende rente een belangrijk punt voor ING: de netto inkomsten daaruit bedragen bijna 80% van de totale inkomsten. In slechte tijden op rentegebied (lees: met de uiterst lage rente van het afgelopen decennium) leed de bank daar zwaar onder.
Maar er is ook een keerzijde, die door die lage rentes lang niet goed zichtbaar was. En die luidt dat ING de beschikking heeft over een enorm reservoir van spaartegoeden van particuliere klanten. Dat komt omdat het in Nederland een marktaandeel heeft van maar liefst 40% op het gebied van persoonlijke bankrekeningen. Kom daar maar eens om in andere Europese landen, waar de markt vaak uiterst versnipperd is en geen bank zo’n hoog marktaandeel heeft.
In tijden dat de rente stijgt (nu dus), hoeft ING daardoor amper duur geld te lenen op de kapitaalmarkt, maar heeft het toegang tot een grote berg goedkoop spaargeld van klanten, die het tegen een veel hogere rente dan voorheen weer kan uitlenen.
Niet verrassend gezien die gunstige kapitaalpositie dus dat ING bij de presentatie van de derdekwartaalcijfers onlangs bekendmaakte voor een bedrag van in totaal 1,5 miljard eigen aandelen in te gaan kopen. Dat is goed nieuws voor aandeelhouders: hun aandelen ING worden door de krimp van het totale aantal uitstaande aandelen meer waard.
Beide banken ondergewaardeerd
Op de beurs zijn zowel ABN Amro als ING ondanks het positieve nieuws van de laatste tijd nog redelijk laag geprijsd: de koersen van de twee banken ontlopen elkaar niet veel en liggen momenteel ruim boven de €11. Hun reële waarde zit daar volgens analist Scholtz ruim boven: hij hanteert voor beide banken een Fair Value van €17 per aandeel. Bij beide heeft Scholtz deze Fair Value overigens na de bekendmaking van hun derdekwartaalcijfers verhoogd.
Bij ING verhoogde hij de Fair Value van €14,30 naar €17, specifiek naar aanleiding van de aankondiging van bovengenoemd aandeleninkoopprogramma à €1,5 miljard. Bij ABN Amro ging die van €15,50 naar €17. Die reële waarde stoelt deels op de blijvende (beperkte) concurrentievoordelen waarover beide banken beschikken; reden waarom Morningstar zowel ING als aan ABN Amro een zogeheten Narrow Moat-status heeft toegekend.
Het concurrentievoordeel van de twee banken komt onder meer voort uit hun geriefelijke marktpositie in thuisland Nederland: daar hebben zij samen met de niet-beursgenoteerde Rabobank meer dan 90% van de totale markt in handen. Een aantrekkelijk oligopolie, waar bijvoorbeeld Duitse banken waarschijnlijk met jaloezie naar kijken, gezien de versnipperde markt in Duitsland.
Nog even over de relatief lage beurskoers van ING en ABN Amro: de aandelen zijn niet alleen in de ogen van Morningstar-analist Scholtz ondergewaardeerd. Analist Alastair Ryan van Bank of America – de grootste commerciële bank in de Verenigde Staten – verwacht bijvoorbeeld dat de rente-inkomsten van Europese banken bij de presentatie van de derdekwartaalcijfers volgend jaar 26% hoger zullen uitvallen dan nu, zo schreef het FD. Daardoor zou er veel ruimte zijn voor een inhaalslag, ‘niet in de laatste plaats omdat [banken] naar verwachting in 2023 omgerekend 11% van hun marktwaarde aan dividend uit zullen keren,’ zo meent Ryan.