Bij Morningstar noemen we vaak de termen 'waarde' (value) en 'groei' (growth) om de beleggingsstijl van een fonds aan te geven. Dat zijn de twee meest gangbare aanduidingen die professionele beleggers gebruiken voor de indeling van de twee belangrijkste benaderingen van beleggen. Maar wat betekenen 'waarde' en 'groei' in dit verband precies en wat zijn de verschillen?
Waarde versus groei
Waarde-aandelen noteren tegen een lagere koers dan ze op basis van hun fundamentals eigenlijk waard zijn. Deze aandelen hebben een lage waarderign in vergelijking met sommige multiples, zoals: koers/winst verhouding, koers/boekwaarde of koers/kasstroom. Deze bedrijven keren doorgaans, niet allemaal, maar gemiddeld wel, een hoger dividend uit.
Voorbeelden van zulke aandelen zijn het Italiaanse energiebedrijf Enel (ENEL), de Franse oliereus Total (TTE), de Spaanse telecomgigant Telefonica (TEF) of bankenconglomeraat JPMorgan Chase. Deze behoren weliswaar tot verschillende sectoren, maar hebben wel waardering met elkaar gemeen.
Groei-aandelen zullen naar verwachting harder groeien dan de markt en hebben een hogere multiples dan de markt als geheel, uitgaande van bovengenoemde ratio's. De hogere waardering wordt gerechtvaardigd door de verwachte hogere groei van omzet, winst of kasstroom. Bedrijven in sectoren zoals technologie of gezondheidszorg behporen tot deze stijl. Ze keren doorgaans lagere of zelfs geen dividend uit.
Voor beleggingsfondsen is er nog een derde stijl mogelijk, en dat is een mengeling van groei en waarde, daarom heet die gemengd, ofwel blend.
Derde type: gemengd
Blend, ofwel gemengd, fondsen zijn open end beleggingsfondsen of exchange traded funds die in zowel waarde- als in groei-aandelen beleggen. Het doel van die aanpak is diversificatie risicospreiding door te beleggen in zowel solide bedrijven van kwaliteit die een waardering op de beurs hebben die lager ligt dan die van hun concurrenten (waarde), als in veelbelovende bedrijven die naar verwachting snel zullen groeien en daarmee ook naar verwachting snelle groei van de waardering zullen meemaken (groei).
Drie stijlen:
Als het gaat om beleggingsfondsen dan zijn er drie beleggingsstijlen te onderscheiden:
1) Aandelenfondsen die de waarde-stijl volgen, selecteren bedrijven met een sterke en bewezen positie in de sector waar ze toe behoren. In de meeste gevallen zijn dat large caps die een lage schuld hebben en gematigde groeivooruitzichten voor de omzet. Hun dividenden zijn door de jaren heen consistent gebleken.
2) Aandelenfondsen die de groei-stijl omarmen, selecteren aandelen in sectoren met een sterk groeipotentieel en bedrijven die een hoge winstgevendheid kennen, ongeacht hun schuldniveau. Vaak keren deze bedrijven geen dividend uit, en als ze dat wel doen, is de pay-out ratio (het percentage van de winst per aandeel dat wordt uitgekeerd aan aandeelhouders) heel laag ten opzichte van de nettowinst van het bedrijf.
3) De stijl gemengd houdt in dat fondsen niet specifiek kiezen voor de groei- of waarde-stijl, maar willen kunnen kiezen uit beide, afhankelijk van de marktsituatie. Hun portfolio's kunnen variërende percentages van ieder van beide stijlen bevatten.
Risico en rendement
De diverse beleggingsstijleen kennen verschillende risico en rendementsprofielen. Daarom heeft Morningstar in 1992 de Morningstar Style Box geïntroduceerd. Dat is een matrix bestaande uit negen segmenten die een fondsportefeuille inzichtelijk maakt op stijlen.
Voor aandelen laat de Style Box zien wat de positionering is ten aanzien van marktkapitalisatie en de drie stijlen waarde, groei en gemengd.
De Style Box is ook toe te passen op obligaties. De twee maatstaven die dan inzichtelijk woprden gemaakt zijn de rentegevoeligheid en de kredietkwaliteit.