Dat wordt versterkt door aanwijzingen dat de grote motor van de Europese economie, Duitsland, begint te haperen. Met name het tegenvallende cijfer voor de Duitse industriële productie over juni springt in het oog. Dat belooft weinig goeds voor de prestaties van de Duitse economie als geheel.
Naast de macro-indicatoren is het ook zaak om naar de werkelijke prestaties van individuele bedrijven te kijken, met name de vroeg-cyclische. Uitzender Randstad bijvoorbeeld, kampt al enkele kwartalen achtereen met omzetdaling in zijn volwassen markten in Europa. Er zijn minder uitzendkrachten nodig, omdat bedrijven hun activiteit terugschroeven. De Duitse auto-industrie bijvoorbeeld heeft te lijden onder tegenvallende autoverkopen en daardoor zijn minder tijdelijke arbeidskrachten nodig en dat voelt Randstad.
Want daar begint de afnemende economische activiteit die kan uitmonden in een recessie. Juist in het huidige kwartaalcijferseizoen is het zaak om te speuren naar indicaties van vraaguitval, omzetdaling, teruglopende activiteit, banen schrappen, enzomeer. Belangrijk is daarbij om na te gaan of dit alles tijdelijk is of dat er sprake is van structurelere achteruitgang.
Signalen van bedrijven
Autobouwer Nissan kondigde onlangs een reductie van 12.500 banen aan en verkleining van de productiecapaciteit wegens vraaguitval. Dergelijke ontslagrondes kunnen een voorbode zijn van inkrimping van de activiteit en dus lagere omzet en misschien ook winst in de komende jaren.
Een ander signaal dat er zware tijden in aantocht zijn, komt van Commerzbank. De Duitse grootbank heeft in het tweede kwartaal zijn voorzieningen voor verliezen op leningen verdubbeld. Dit is de weerslag van de nadrukkelijke expansie van de leningenportefeuille in de afgelopen jaren.
Ook de huizenmarkt draagt bij aan het gevoel dat het wat minder wordt. De grootste gekte is eruit. Prijsstijgingen vlakken af, zeker op de plekken in de Randstad waar de prijzen eerder spectaculair de pan uitrezen.
Verdienkracht op lange termijn
Recessie of niet, Morningstar kijkt altijd naar de lange termijn en naar de juiste waardering van bedrijven, de Fair Value. De verdienkracht van de bedrijven, hun marktpositie en hun concurrentievoordeel (Economic Moat) zijn de cruciale elementen bij het bepalen van hun waardering.
Een correctie is niet erg, maar een eventuele structurele afname van de verdienkracht noopt tot aanpassing van de waardering. Daarvoor is het nodig om verder te kijken dan slechts één kwartaal, een beurscorrectie of alarmerende macro-indicatoren over een beperkte periode. Het kwartaalcijferseizoen zal uitwijzen of de verdienkracht van bedrijven op peil bijft of dat aangetast raakt.
Intussen doen beleggers er verstandig aan om de waarderingen in de gaten te houden. Een correctie op sentiment terwijl de daadwerkelijke resultaten van de bedrijven op peil blijven, schept in de visie van Morningstar juist kansen.