Sterrenrating
Morningstar zal onder menig belegger bekend zijn van de Morningstar sterren. Deze methode kent beleggingsfondsen op basis van voor historische prestaties 1 tot en met 5 sterren toe. Voor deze berekening worden rendementen gecorrigeerd voor risico en vervolgens vergeleken met beleggingsfondsen in dezelfde Morningstar-categorie.
De fondsen die behoren tot de best presterende 10% van de categorie krijgen 5 sterren, terwijl de slechtst presterende 10% één ster toebedeeld krijgt. De fondsen die hier tussenin vallen krijgen afhankelijk van hun rangschikking in de categorie tussen de 4 en de 2 sterren. De sterrenrating is puur afhankelijk van rendementen uit het verleden.
Morningstar Analyst Rating
Daar waar de sterrenrating uitsluitend kijkt naar rendementen uit het verleden, poogt Morningstar met de Morningstar Analyst Rating met een vooruitziende blik fondsen te identificeren die over een volledige cyclus in staat zijn om hun categoriegenoten en/of de benchmark te verslaan. Dit gebeurt aan de hand van vijf “pillars”. Te weten het beheerteam, beleggingsproces, fondshuis, rendement en kosten. Beleggingsfondsen die overwegend gunstig scoren op deze “pillars” krijgen een positieve rating variërende van Bronze, Silver tot Gold.
Fondsen met een Gold rating bijvoorbeeld, behoren volgens Morningstar tot de allerbeste fondsen binnen hun categorie doordat zij zich op de vijf “pillars” weten te onderscheiden van hun categoriegenoten. Naast positieve ratings hanteert Morningstar Neutral ratings voor fondsen zonder onderscheidend vermogen waarvan het verwacht dat zij niet in staat zijn om beter te presteren dan het categoriegemiddelde en/of de index. Fondsen met serieuze tekortkomingen krijgen van Morningstar een Negative rating toebedeeld.
Verschil
Daar waar de sterrenrating puur een kwantitatieve weergave is van historische voor risico-gecorrigeerde rendementen is de Morningstar analyst rating een vooruitziende rating gebaseerd op Morningstar’s analyse van 5 kwalitatieve “pillars”. Een hoge sterrenrating leidt echter niet vanzelfsprekend tot een hogere Morningstar Analyst Rating. Deze methodologie houdt namelijk geen rekening met het tussentijds vertrek van een beheerder of van een proceswijziging. Dit maakt de sterrenrating dan ook minder geschikt als selectiecriterium. Dit blijkt uit de onderstaande voorbeelden.
BGF Emerging Markets Bond
Sinds juli 2012 is het beheer van dit fonds in handen van Michel Aubenas. Het fonds belegt overwegend in obligaties uit opkomende landen in harde valuta. BlackRock's emerging markets debt-team onderging radicale wijziging medio 2012. Sergio Trigo Paz werd tot teamhoofd benoemd en samen met zijn team, waaronder Michel Aubenas, maakte hij de overstap van BNP Paribas naar BlackRock.
Het team dat zich richt op harde valuta is met gemiddeld 14 jaar werkervaring bijzonder ervaren. Daarnaast werken Aubenas en Trigo Paz al meer dan 10 jaar samen op deze strategie. Het bredere EMD-team heeft echter wel wat verloop gezien de laatste tijd. Zo verloor het corporate bond team een van haar belangrijkste leden met het vertrek van Chris Kelly in 2014 en ook Raphael Marechal (specialist in lokale obligaties) verliet het team begin 2016.
Onder Aubenas wist het fonds sinds juli 2012 met een gemiddeld jaarrendement van 9,52% zowel zijn categoriegenoten als zijn benchmark en de iShares ETF voor te blijven. Ondanks Aubenas’ bemoedigende trackrecord blijven we voorzichtig als gevolg van personele omloop in het team. We zijn echter nog niet overtuigd van het vermogen van de beheerders om het beleggingsproces effectief toe te passen als gevolg van het personele verloop. Morningstar handhaaft daarom zijn Neutral rating.
Candriam Bonds Emerging Markets
Diliana Deltcheva werd in juni 2015 benoemd tot hoofdbeheerder van Candriam Bonds Emerging Markets en tevens tot hoofd van Candriam’s EMD-team. Ze volgde hiermee Isabelle Rome op, die begin 2013 nog het beheer van Luc D'hooge over nam. D’hooge beheerde dit fonds met bovengemiddelde resultaten van 2000 tot en met 2013 om vervolgens naar het Zwitserse Vontobel te vertrekken. Dit maakt Deltcheva de derde hoofdbeheerder in iets meer dan 4 jaar. Met meer dan dertien jaar ervaring zien we haar als een vrij ervaren obligatiemanager in opkomende landen. Ze beschikt echter niet over een trackrecord als hoofdbeheerder.
Ook bij Candriam heeft het bredere EMD-team de nodige veranderingen meegemaakt in de afgelopen jaren. Het personele verloop van het team is vrij hoog vergeleken met soortgelijke fondsen, met een gemiddelde ambtstermijn van slechts 3,5 jaar. Onder Deltcheva heeft het fonds sinds juli 2015 met een gemiddeld jaarrendement van 8,12% beter gepresteerd dan het categoriegemiddelde, zijn benchmark en de iShares ETF.
Ondanks deze bemoedigende korte termijn resultaten, blijven we terughoudend vanwege de recente aanstelling van Deltcheva als hoofdbeheerder, het ontbreken van een trackrecord als hoofdbeheerder en het hoge personele verloop in haar team. Het fonds heeft daarom een Neutral rating.
Belang van Kwalitatieve Criteria
De hiervoor genoemde voorbeelden laten zien dat u zich vooral niet blind moet staren op alleen de Morningstar sterrenrating. Rendementen uit het verleden bieden immers geen garantie voor de toekomst. Baseer uw zoektocht ook op kwalitatieve criteria zoals een stabiel en ervaren beheerteam, een herhaalbaar proces met een rendementspatroon dat overeenkomt met de beleggingsfilosofie van het fonds en dat allemaal tegen lage kosten. De Morningstar Analyst Rating kan hierbij een goede raadgever zijn.
Lees meer:
- Drie obligatiebeheerders die hun index wel verslaan
- Passief wint gestaag aan populariteit in obligatielandschap