Het grijze gebied tussen actief en passief beheer van beleggingsfondsen

Wat als een fondshuis zelf - actief - een unieke index construeert en deze vervolgens – passief - gaat volgens tracken? Is er dan sprake van een actieve of passieve beleggingsstrategie? Drie praktijkvoorbeelden.

San Lie 25 september, 2014 | 14:43
Facebook Twitter LinkedIn

Het was altijd overzichtelijk. Beleggingsfondsen die een index volgen worden getypeerd met ‘passief’ en fondsen die juist proberen de index te verslaan met een beheerder die naar eigen inzicht actief posities inneemt krijgt het label ‘actief’. In het eerste geval gaat het over het algemeen om traditionele indices als de MSCI World, S&P 500 of AEX.
Maar wat als een fondshuis zelf - actief - een unieke index construeert of laat construeren en deze vervolgens – passief - gaat tracken? Hebben we het dan over een actieve of passieve beleggingsstrategie?

Deze vraag dient zich aan nu steeds meer fondshuizen voor een deel van hun beleggingsfondsen, overstappen op een dergelijke strategie. Een aantal recente voorbeelden:

BNP Paribas Euro Obligatie Fonds -> BNP Paribas Euro Government Bond Index Fund
BNP Paribas stuurde februari dit jaar 2014 een brief naar haar beleggers met de mededeling dat er bij het BNP Paribas Euro Obligatie Fonds (het voormalige ABN AMRO Euro Obligatie Fonds) het nodige zou veranderen: een nieuwe naam BNP Paribas Euro Government Bond Index Fund, ee ander beleggingsbeleid waarbij zo nauwkeurig mogelijk de index wordt gevolgd, lagere kosten als gevolg van het gewijzigde beleggingsproces en een andere isincode.

In dit geval heeft de beheerder gekozen voor een redelijk gangbare en traditionele marktgewogen index, namelijk de Merrill Lynch EMU Direct Government 1-10 YearsIndex. Wat mij betreft een duidelijk geval van een actief fonds dat passief is geworden.

In de volgende twee gevallen is dat iets complexer.

Kempen Global Bond Fund -> Kempen (Lux) Global Sovereign Fundamental Index Fund
Kempen paste in juni 2012 de beleggingsstrategie van het toenmalige Kempen Global Bond Fund aan. Dit actief beheerde obligatiefonds probeerde een samengestelde marktgewogen index te verslaan (deze index bestond voor driekwart uit de Citigroup European Government Bond Index en voor een kwart uit de Citigroup World Government Bond Index) door actieve posities in te nemen op bijvoorbeeld duration-gebied en over- of onderwogen posities in landen als Griekenland, Italië en Spanje in te nemen.

Met het nieuwe beleggingsproces waarbij geen actieve posities meer worden ingenomen gaat dit fonds voortaan de Citi RAFI Sovereign Developed Markets Bond Index Master volgen. Bij deze nieuwe gedaante hoort ook een nieuwe naam: Kempen (Lux) Global Sovereign Fundamental Index Fund.

Veel beleggers zullen nog nooit van de Citi RAFI Sovereign Developed Markets Bond Index Master hebben gehoord. De Essentiële Beleggersinformatie van het fonds geeft aan, dat deze index is samengesteld op basis van een fundamentele analyse van onder meer het bruto binnenlands product, het landoppervlak, de populatie en energie van een land.

Kempen’s maandbericht (van augustus 2014) geeft iets meer informatie over deze index: “Research Affiliates (RAFI) heeft tezamen met Citigroup Index een benchmark ontwikkeld die landen waardeert op basis van hun economisch belang in de wereldeconomie (footprint) in plaats van op basis van de hoogte van hun uitstaande staatsschuld. De meeste van de hedendaagse indices en passieve beleggingsfondsen beleggen voor het grootste deel in landen die de meeste schuld hebben uitstaan. In tegenstelling tot deze indices, gebruikt Citi/RAFI fundamentele factoren die het vermogen van een land beoordelen om op lange termijn hun schulden terug te betalen. De fundamentele factoren die de individuele landenweging bepalen zijn bnp, landoppervlakte, bevolking en energie. De Citi RAFI Index biedt meer diversificatie dan traditionele indices. Het fonds belegt in lijn met de benchmark wereldwijd in staatsobligaties uitgegeven door landen met een investment grade rating.”

Er valt veel te zeggen over een dergelijke aanpak. Het lastige is echter wel, dat in de Morningstar-categorie ‘Obligaties wereldwijd’ Kempen (Lux) Global Sovereign Fundamental Index Fund het enige fonds is (van in totaal 1285 aandelenklassen), dat deze index hanteert. Een goede vergelijking met elk willekeurig ander beleggingsfonds gaat dus redelijk mank.

ASN Duurzaam Obligatiefonds
Hetzelfde geldt voor het ASN Duurzaam Obligatiefonds. Dit fonds veranderde zijn mandaat in januari 2013, maar ging onder dezelfde naam verder.

Het fondshuis creëerde een interne benchmark die gebaseerd is op de duurzaamheidscriteria van de ASN Bank en de ASN-beleggingsfondsen en de terugbetaalcapaciteit van de landen die de staatsobligaties uitgeven. Het fonds belegt uitsluitend in landen die een voldoende scoren op het gebied van mensenrechten, klimaat en biodiversiteit. Daarbij geldt: hoe beter een land scoort op duurzaamheidscriteria, hoe zwaarder het gewicht ervan in de portefeuille van het fonds. Vervolgens probeert het beheerteam deze interne benchmark zo goed mogelijk te repliceren.

Actief nadenken, passief uitvoeren
Wat mij betreft zijn Kempen Global Bond Fund /Kempen (Lux) Global Sovereign Fundamental Index Fund en ASN Duurzaam Obligatiefonds passieve beleggingsfondsen geworden. De beheerders hebben weliswaar op een heel actieve manier nagedacht over de samenstelling van de te hanteren index, maar door deze index vervolgens zo goed mogelijk te repliceren maakt het een passief fonds.

Facebook Twitter LinkedIn

Over de auteur

San Lie  Head Of Research, Morningstar Benelux

© Copyright 2024 Morningstar, Inc. Alle rechten voorbehouden.

Voorwaarden        Privacybeleid        Cookie Settings        Beleidsdocumenten