Enkele dividendfondsen hebben de afgelopen jaren een spectaculaire groei doorgemaakt. Het eerste artikel in deze serie over de populariteit van dividendbeleggen gaat daar uitvoerig op in. Een analyse van de kapitaalstromen die beleggers naar dividendfondsen dirigeren levert interessante inzichten op.
Een forse instroom lijkt een mooie opsteker voor het fondshuis, maar de belangrijkste vraag is of de zittende beleggers wel bij deze groei zijn gebaat? Een grote inflow kan voor problemen zorgen, zoals een groeiende kaspositie of in het ergste geval een aanpassing van de beleggingsstrategie. DWS Top Dividende verwelkomde in de afgelopen drie en een half jaar bijna EUR 7 miljard aan nieuw kapitaal, waarmee het totale beheerde vermogen uitkwam op bijna EUR 14 miljard. Het tweede artikel analyseert of dat heef geleid tot veranderingen in de beleggingsaanpak.
In dit derde artikel worden de beleggingsstrategieën van BNP Paribas Global High Income Equity Fund en DWS Top Dividende geanalyseerd. Beide fondsen beleggen in hoogdividendaandelen, maar het blijkt dat hun portefeuilles behoorlijk verschillen.
BNP Paribas Global High Income Equity Fund
BNP Paribas Global High Income Equity Fund onderscheidt zich van de andere fondsen die in deze serie worden besproken (DWS Top Dividende, ING Hoogdividend Aandelenfonds, Kempen Global High Dividend Fund en M&G Global Dividend) omdat het valutarisico structureel naar euro wordt gehedged. Er is sinds eind 2010 echter ook een unhedged variant van dit fonds beschikbaar.
Het fonds staat onder leiding van Wouter Weijand (foto) en hij wil met zijn team op basis van top-down macro-analyse en bottom-up aandelenselectie een gediversifieerde dividendportefeuille opbouwen. Weijand selecteert hierbij aandelen met een minimaal dividendrendement van 2,5 procent. De portefeuille werd in het verleden gekarakteriseerd door een groot aantal namen (150-300 ondernemingen), wat kwam door een grotere waaier aan kleinere posities. Dat waren voornamelijk deelnemingen in Aziatische opkomende landen, waar Weijand er de voorkeur aan gaf om deze in clusters aan te schaffen in plaats van een enkele naam te kopen vanwege het risico van deze regio.
Sinds eind 2012 is het aantal kleine Aziatische posities in opkomende landen hard afgenomen, omdat Weijand deze landen verruilde voor onder andere Japanse en Australische aandelen. In vergelijking met de andere dividendfondsen heeft dit fonds een sterke hang naar Europese en Aziatische aandelen.
Wanneer naar de marktkapitalisatie wordt gekeken, dan vormen grote ondernemingen overduidelijk de kern van de portefeuille, aangevuld met hier en daar wat kleinere namen. Wat sectorpositionering betreft valt de hoge allocatie naar cyclische sectoren op (1,35 maal het categoriegemiddelde), zoals basismaterialen, cyclische consumentenproducten en financiële dienstverlening (bijna twee maal zo groot als voor vergelijkbare fondsen).
Verder zijn er sterke onderwegingen in traditionele dividendsectoren zoals communicatiediensten en nutsbedrijven. Al met al is de portefeuille aardig uitgebalanceerd, maar wel met enkele uitgesproken inzetten. Dat blijkt uit onderstaand overzicht van de sectorgewichten, regioblootstelling en marktkapitalisatie-positionering van de portefeuille van BNP Paribas Global High Income Equity Fund (op klikken voor vergroting).
DWS Top Dividende
De portefeuille van DWS Top Dividende kenmerkt zich door een focus op large-caps van hoge kwaliteit. In tegenstelling tot de meeste andere dividendfondsen kent het fonds geen ondergrens voor het dividendrendement, maar streeft beheerder Thomas Schüssler (foto) naar een gemiddeld dividendrendement van 4 procent voor de portefeuille. Die bestaat uit een mix van namen met een hoge historische dividendgroei en namen met een lage dividendgroei, maar die momenteel al een hoog dividendrendement bieden.
De portefeuille kent een sterke hang naar Amerikaanse aandelen en belegt nauwelijks in Aziatische ondernemingen. Het is echter vooral de sectorallocatie die dit fonds onderscheidt van de andere dividendfondsen. Op dit moment is de portefeuille vrij defensief belegd (1,30 maal het categoriegemiddelde). De portefeuille kent een sterke voorkeur voor defensieve sectoren zoals defensieve consumentengoederen, gezondheidszorg en nutsbedrijven.
Schüssler is voorzichtig met bankaandelen, doorgaans juist een hoeksteen van menig dividendportefeuille, maar heeft wel de blootstelling aan de bredere financiële sector opgeschroefd. De kaspositie bedraagt 5,4 procent, wat lager is dan in het vierde kwartaal van 2012 toen deze 9 proces bedroeg. Maar het is nog altijd hoger dan het categoriegemiddelde. Onderstaand een overzicht van de sectorgewichten, regioblootstelling en marktkapitalisatie-positionering van de portefeuille van DWS Top Dividende (op klikken voor vergroting).
Dit artikel is het derde in een serie over de populariteit van dividendbeleggen. De komende dagen zullen ING Hoogdividend Aandelenfonds, Kempen Global High Dividend en M&G Global Dividend ook nader worden belicht. Lees ook het eerste deel Dividend: go with the flow. Daarin een analyse van de forse instroom die dividendfondsen de afgelopen drie en een half jaar hebben geboekt en wat een interesse conclusie oplevert. En DWS Top Dividende: alles bij het oude of nieuwe realiteit dat de vraag beantwoordt of het manager Thomas Schüssler nog wel lukt om zijn strategie voor het populaire dividendfonds te handhaven na de forse instroom van beleggersgeld.
Meer leren over dividendbeleggen? Bekijk dan Morningstar's Dossier Dividend.