Terloopse waarnemers van de financiële markten hebben zich de afgelopen dagen wellicht een vrij duidelijk beeld gevormd van de situatie. Veel gehoorde kreten zijn dat aandelen nog nooit zo volatiel en gevaarlijk zijn geweest, dat de goede tijden achter ons liggen en dat we allemaal moeten leren leven met een veel lager rendement op onze portefeuille en dat fysiek goud de enige echt veilige belegging is. Het opvallende aan de algemeen aanvaarde waarheden van deze tijd, is dat de meeste ervan niet door de feiten worden ondersteund.
De periode na de wereldwijde financiële crisis van 2007-2008 wordt onmiskenbaar beschouwd als een omgeving met een 'nieuwe normaal' (new normal), met lagere verwachte rendementen op risicovolle activa. In werkelijkheid is het één van de sterkste perioden van aandelenprestaties in de hele loopbaan van talloze spelers in de markt. Eind januari had de S&P 500 een voortschrijdend cumulatief rendement over drie jaar van 97,9 procent, hoewel dat het gevolg was van het herstel na de verpletterende verliezen door de crisis. In de afgelopen 40 jaar waren de enige perioden waarin we vergelijkbare winsten konden waarnemen, de gogo-dagen van halverwege de jaren tachtig en de duizelingwekkende hoogtijdagen van de dotcom-zeepbel aan het einde van de jaren negentig.
Bull
Beleggers die in 2009 aandelen de rug toekeerden wegens hun 'nieuwe normale' lagere rendementsverwachtingen, moesten daar de bijzonder schadelijke gevolgen van slikken. Het sentiment doet denken aan een beroemd omslagartikel van Businessweek, The Death of Equities, dat werd gepubliceerd in 1979 kort voor de aanvang van een aandelenmarkt die twintig jaar in het teken van de bull zou staan.
Dit is ook een omgeving die in de media en in de dagelijkse gesprekken gekenmerkt wordt als een periode van extreme volatiliteit van effectenprijzen. We worden er duizelig van als we beleggers horen praten over risk on/risk off, high frequency trading en flash crashes. En het kapitaal is naar producten met een minimale afwijking en een lage bèta gestroomd om dekking te zoeken tegen de scherpe marktschommelingen.
Maar in deze context staat de VIX-index, algemeen gezien als barometer voor aandelenvolatiliteit, op een meerjarendieptepunt. Nadat de VIX eind 2008 boven de 80 uitrees, daalde hij medio januari 2013 tot net 12,5. Dat is een niveau sinds januari 2007 niet meer was bereikt. Die duik was wel een tegenslag voor aan volatiliteit gekoppelde ETPs zoals de iPath S&P 500 VIX Shrt-Trm Fut ETN (VXIS), die in eind 2009 werd geïntroduceerd om in te spelen op het alom aanwezige angstsentiment in de markt en die sindsdien meer dan 96 procent van zijn waarde heeft verloren.
Goud
Nu veel van de toppers van weleer onder de staatsobligaties zich in moeilijkheden bevinden, vestigen beleggers hun hoop op fysiek goud als -u raadt het al- de goudstandaard van de veilige beleggingen. Maar hoe meten we 'veilig'? De maandelijkse rendementen van een belegging in de spotkoers van goud hebben de afgelopen tien jaar een volatiliteit op jaarbasis van 18,9 procent vertoond. Dat is een hogere standaarddeviatie dan de overeenstemmende resultaten van de MSCI World, de maatstaf voor prestaties van wereldwijde aandelen.
Uiteraard hebben de totale winsten van goud die van de MSCI World flink het nakijken gegeven, maar uit de schommelingen moeten we alweer onthouden dat ongeacht welke bijzondere eigenschappen we aan het edelmetaal toeschrijven, de prijs ervan net zo goed kan dalen als stijgen. Uiteraard kunnen we beter even nadenken alvorens een prijs uit te reiken voor ‘veiligste portefeuilleonderdeel’ terwijl juist dat deel over een periode van tien jaar volatieler is geweest dan aandelen.
Hedge funds
Nog een algemene veronderstelling houdt verband met de superieure vaardigheden van insiders die eerder en beter op de hoogte zouden zijn van aantrekkelijke beleggingsmogelijkheden. In de sector van het vermogensbeheer worden hedge fundbeheerders beschouwd als het 'slimme geld'. Een perceptie die zeker nog wordt versterkt door de vergoedingen die ze berekenen. Toch vreemd dat dit 'slimme geld' - zoals gemeten door de Morningstar Broad Hedge Fund-index - in zeven van de laatste tien kalenderjaren minder goed gepresteerd heeft dan de S&P 500.
In werkelijkheid is er niets magisch aan de manier waarop de gemiddelde hedgefondsbeheerder belegt en particuliere beleggers die voorzichtig zijn wat kosten betreft, zich gedisciplineerd blijven gedragen en zich richten op de heel erg lange termijn hebben even veel kans om net zo goed te presteren.
Deze voorbeelden illustreren de enorme kloof die is ontstaan tussen de algemene stemming met betrekking tot de markten en de realiteit. Eén van de best presterende activacategorieën van 2012 waren Grieksestaatsobligaties. Denk daar maar eens over na, in de context van alles wat je het hele jaar door leest.
De wereldwijde financiële markten zijn steeds complexer geworden. Voor ons is het erg gemakkelijk en geruststellend om vast te houden aan eenvoudige, logisch klinkende verhaaltjes en citaten van experts. Maar een vitaal onderdeel van een succesvol beheer van ons financiële leven is het vermogen om door het grootste deel van de conventionele wijsheid heen te kijken en gefocust te blijven op onze langetermijndoelstellingen, zonder dat we ons door het drama van onze onmiddellijke omstandigheden van ons stuk laten brengen. Wanneer 'iedereen het weet', kun je doorgaans beter van het tegendeel uitgaan.
Lees ook
De Europese ETF-markt in 2013
Morningstar blikt nog even terug op de markt voor ETFs in 2012, het jaar van risicovollere obligaties, fysieke replicatie en consolidatie. Maar interessanter is wat 2013 brengt voor de ETF-belegger.